Home Marc Martens

 

Wanhopige voetballers blijven welkom bij dokter Martens

Na 40 jaar sportchirurgie trekt dokter Marc Martens (70) de deur van zijn ziekenhuis in Antwerpen dicht. Maar zijn recentste patiënten waaronder Kaka en Wasilewski moeten niet wanhopen. Martens wil zich nog meer toeleggen op de ‘speciale gevallen’.

‘Ik doe dit veel te graag om helemaal te stoppen. Onoplosbare problemen oplossen geeft me nog altijd een kick. Het leven moet boeiend blijven en ik kan niet zonder geneeskunde. De tijd is te kort, soms word je geleefd. Maar zo lang je het graag doet, is me niets te veel’, zegt Martens in een interview in Het Nieuwsblad. Wanhopige voetballers kunnen dus nog altijd terecht bij de Belgische knieënspecialist, die zijn praktijk in Milaan behoudt.

‘Iedereen denkt dat het gaat om techniek, maar het gaat vooral om inzicht. Je kunt de beste operatie doen maar met de verkeerde diagnose is het resultaat catastrofaal. Neem de kruisbandletsels. Vroeger werden die miskend en opereerde men de meniscus.’

‘Garanties op volledige genezing bestaan niet in de geneeskunde. Ik kan alleen maar groen licht geven. Soms speelt een speler toch tegen mijn advies in. Tegen een speler zeg ik daarom ook altijd: voor mij is niet de volgende match belangrijk, maar uw gezondheid. En dan zeg ik ook: uw blessure past zich niet aan aan uw agenda of de wereldbeker of wat dan ook.’

‘Voetbal is voor die jongens hun leven. Een topsporter is een vedette maar als hij gekwetst is, is hij niks. Topsporters hebben geen plan B. Hun lichaam is hun kapitaal.’

‘Als Frutos bij mij had aangeklopt, had ik hem kunnen genezen, daar ben ik van overtuigd. Frutos heeft zich laten meeslepen in het verhaal van die Mendoza. Mendoza en co noem ik de parasieten van het milieu. Mensen die meesurfen op het succes van voetballers. Die mensen hebben vooral overtuigingskracht. Hij kan een Frutos in iets doen geloven. Maar medisch of wetenschappelijk is dat nul.’

 

 

augustus 2010

De gouden handen van België

WAAROM ONS LAND HET MEKKA IS VOOR REVALIDERENDE TOPATLETEN

‘Waarom ik mijn knie liet opereren? Omdat ik weer de beste ter wereld wil worden.’ Zo sprak Ricardo Kaka, ster bij Real Madrid, deze week. Kleine voetnoot: de ingreep vond plaats in Antwerpen. Bij dokter Martens, een van de exponenten van de Belgische topsportchirurgie.
Kaka is niet de eerste die Manneke Pis kan groeten terwijl hij revalideert. Gingen hem voor: Pippo Inzaghi, Andrei Shevchenko, Ruud Gullit, Marco van Basten, Michaël Ballack, en ga zo maar door. Allemaal wereldvoetballers uit een club met een fantastische medische omkadering. Maar als ze een écht probleem hadden, namen ze het vliegtuig naar ons land. En dat was niet enkel voor de wafels.

De Belgische topsportgeneeskunde staat internationaal heel hoog aangeschreven. Niet alleen in de voetbalwereld, maar ook bij wielrenners, tennissers, basketballers, enzoverder. ‘Die reputatie ontstond bij de vorige generatie artsen’, zegt dokter Geert Declercq van het AZ Monica in Antwerpen, waar Kaka werd geopereerd. ‘Toen was orthopedie in België erg populair. Uit die cultuur groeiden enkele gepassioneerde topartsen, die op hun beurt zorgden voor een hoog opleidingsniveau. Dat is de basis van het succes.’

Doodgewoon is de norm
Maar met een basis alleen toren je niet boven de rest uit. Een reputatie leeft van resultaten, zeker in de sport. ‘Daar is alles enorm zichtbaar’, weet Declercq. ‘Een topsporter scheurt zijn kruisbanden, revalideert, en staat enkele maanden later weer op het plein. Zakt hij er dan weer door, dan valt je carrière in het water. Maar is alles in orde, dan wordt je naam heel snel doorgefluisterd. Op dat vlak hebben we in België een extra troef: hier is een goede interactie tussen dokters en kinesisten. Operatie en revalidatie worden nauwkeurig op elkaar afgestemd, en dat geeft meer garantie op goede resultaten.’

De meest vermaarde kinesist is Lieven Maesschalck. Kneder van Shevchencko, Henin, Boonen en VDB zaliger. En verbonden aan het Milan Lab. Tijdens het gesprek met Maesschalck valt echter iets op: net als Declercq noemt hij geen enkele naam. Pochen met het klantenbestand, het is blijkbaar taboe. ‘Ach, het zit niet in onze natuur hé’, zegt de kinesist. ‘Misschien buiten we onze reputatie nog te weinig uit. De Amerikanen hadden er al lang een Big Concept van gemaakt. Wij presenteren ons gewoon zoals we zijn.’

Het is misschien wel de verborgen sleutel van het succes. Want als topsporters een arts opzoeken, is normaliteit de norm. ‘In de maatschappij leven ze vooral in een afgeschermde wereld, waar anderen hén nodig hebben’, zegt Maesschalck. ‘Maar met ons is die relatie anders. Zij komen naar ons. Zij vliegen naar België om zich te laten genezen. Daardoor stellen ze zich open op, en merken we dat die topsporters veelal doodgewone mensen zijn. Die het liefst als gewone mensen behandeld worden.’

Knie van 65 miljoen
Nu ja, gewoon. Kaka transfereerde vorig jaar voor maar liefst 65 miljoen euro van Milan naar Madrid. Wie zijn knie opereert, heeft dus een fortuin in zijn handen. Een mens zou van minder de bibber krijgen. ‘Maar zo mag je dat niet zien’, zegt Maesschalck. ‘Voor iedereen is zijn eigen probleem belangrijk. Als jij een zware blessure hebt, wil je daar ook zo goed mogelijk van revalideren. Het enige verschil met een topsporter is dat hij echt honderd procent topfit moet zijn. Bij een gewone mens kan je nog zeggen: Je kan later eventueel nog een beetje hinder ondervinden. In topsport is dat geen optie. Daar is de foutenmarge veel kleiner, zo goed als nihil. Kaka moet nu weer een heel seizoen over dat plein kunnen spurten zonder ook maar enige last. Net zoals zíj de perfectie nastreven, moeten wij dat dus ook doen. Eigenlijk zijn artsen dus ook topsporters. In hun domein.’

Nieuwsblad.be

Home Marc Martens