Vink: Speler zonder waarde

Vink: Speler zonder waarde

16 augustus 1997

 

Marciano Vink is een nog jonge (26), zwaar geblesseerde voetballer zonder club en met een onbestemde toekomst. Hoewel zelfmedelijden hem niet raakt, noemt hij het verhaal over zijn knieblessure dramatisch….

Op zondag 2 maart 1997 klapte de linkerknie van Marciano Vink naar binnen, en naar buiten ook nog. Ruim vijf maanden later is hij arbeidsongeschikt verklaard, tijdelijk, en stapt hij op de fiets om in de bossen rondom de Herdgang, het trainingscomplex van PSV, een tochtje te maken.

Langzaam gaat hij van start, snel keert hij terug. De knie hindert hem. Hij wijst op een verdikking: vocht. Lopen gaat hem makkelijker af, maar iedere stap op het trainingsveld is bedachtzaam en het tempo dat van een joggende heer op leeftijd.

‘Eerst moet dat vocht er uit. Ik heb het al vaker gehad. Bepaalde bewegingen kan mijn knie nog niet aan. Het is mijn eigen schuld. Ik kan niet stilzitten. Als er vrienden langskomen, sta ik toch weer effe in de tuin te badmintonnen.’

Als Vink praat, wrijft hij onwillekeurig maar voortdurend, alsof het daardoor spoedig weer beter zal gaan, over de knie. Zonder ironie of zelfmedelijden omschrijft hij zijn verhaal als dramatisch.

Vink wil voetballen en weer deel uitmaken van een onoverwinnelijk en superieur elftal zodat hij op een onbewaakt ogenblik om zich heen kan kijken en kan constateren, duidelijk zichtbaar is het op zo’n moment, dat de tegenstander de moed in de schoenen zakt.

‘Je hebt het gevoel dat je kan doen wat je wilt. Dat is puur genot.’

Het is onvergelijkbaar met de kilte en eenzaamheid van een tijdrovende revalidatie. Dag één: de Herdgang, lopen of fietsen. Dag twee: oefenen in het revalidatiebad van het Sint Anna-Ziekenhuis in Geldrop. Dag drie: de Herdgang weer. ‘Ziekenhuis in, ziekenhuis uit, krachthonk in, krachthonk uit.’

Hij heeft het gevoel nergens meer bij te horen. Hij voelt zich goed, maar één onderdeel van zijn lichaam laat hem in de steek. Hij is een nog jonge (26), zwaar geblesseerde voetballer zonder club en zonder contract en met een onbestemde toekomst.

‘En ik ben toch al niet de vrolijkste. Er zijn voetballers die altijd maar lachen. Zo een ben ik er niet. Ze zeggen wel eens tegen me dat ik altijd zo nors kijk. Maar ja, zo kijk ik nu eenmaal. Dat deed ik vijf jaar geleden ook al.

‘Zin om leuke dingen te doen heb ik niet. Ik wil alleen nog maar thuiszitten. Op de bank. Vrolijker ben ik er niet van geworden. Maar om nou te zeggen dat ik ben veranderd in een monster, nee, dat ook weer niet. Ik kan het me voorstellen hoor, dat je er een verschrikkelijk naar mens van wordt.

‘Mijn vriendin ziet overal het positieve van in, ik soms niet. Als ik thuis kom, en mijn knie is weer dik en ik ga op de bank zitten, chagrijnig, dan zegt ze dat ik er effe doorheen moet. Dat het daarna snel weer veel beter zal gaan. En vaak denk ik dan: ja, zo is het, ik moet er gewoon effe doorheen.

‘Maar het moment is ook zó ongelukkig. Dit had me ook kunnen gebeuren nadat ik net een vierjarig contract had getekend. Dan is het óók rot, maar niet zo rot als het nu is. Dan kan je tenminste in alle rust revalideren, zonder zorgen over de toekomst.’

Op 2 maart speelde Vink met PSV in Waalwijk tegen RKC. Geheel fit was hij niet, maar rust stond hij zichzelf niet toe. ‘Al na een wedstrijd of veertien in de competitie had ik plotseling vocht in mijn knie, een klein beetje. Ik had moeten stoppen, maar besloot verder te spelen.

‘Het was het laatste jaar van mijn contract, dat ten eerste. Ik moest me laten zien. En twee: ik had een bepaalde geschiedenis hè, met blessures. Ik wilde er niet aan toegeven. Stom natuurlijk.

‘Ik slikte ontstekingsremmende pillen. Het ging vrij goed, tot die wedstrijd tegen RKC. Na een actie moest die knie mijn volle gewicht opvangen. Ik moest worden vervangen. De dokter, Van den Hoogenband, liep met me mee.

‘Na tien minuten kwam hij nog een keer kijken. Ik stond al weer naast de massagetafel en liep rondjes in de kleedkamer. Dat valt gelukkig wel mee, dacht ik. De knie werd ook niet meteen heel dik. De dokter dacht dat ik zondag tegen Feyenoord wel weer mee zou kunnen doen.

‘Maar de volgende dag werd de knie wel dik en zijn we naar het ziekenhuis gegaan. Eerst werden foto’s gemaakt, toen een MRI-scan. Het ziet er niet zo goed uit, zei hij. Er zat een donkere vlek op mijn kruisband. Wat, zei ik, mijn kruisband!

‘De kruisband bleek voor tweederde van het bot te zijn afgescheurd. Met een schroefje is de band weer aan het bot vastgemaakt. Dat is een nieuwe techniek. Aanvankelijk ging het hartstikke goed en herstelde ik in een hoog tempo. Maar plotseling kreeg ik weer veel pijn. De knie was ontstoken. Wéér pillen slikken. Al met al kostte me dat anderhalve maand.

‘Ik ben nu vijfeneenhalve maand verder. De ontsteking is er uit en het lopen gaat redelijk goed. Maar af en toe komt er weer vocht in, als reactie op al die tijd dat ik niks heb kunnen doen. Het is een kwestie van geduld, geduld, geduld.

‘Ik heb geleerd mezelf geen limiet meer te stellen. En ik ben ook niet van plan te overhaasten. Ik moet helemaal fit zijn, pas dan ga ik voluit. Voor het eerst sta ik alleen onder de druk die ik mezelf opleg.

‘Als ik in mijn eerste of tweede jaar bij PSV geblesseerd was, en dat was ik vaak, liet ik mezelf steeds onder druk zetten om snel terug te komen. Ik moest en zou spelen. Dat gevoel ben ik kwijt. Het is nu aan mezelf.

‘Dit is zo’n beetje de zwaarst denkbare blessure. Spelers met een beenbreuk kost het minder tijd om terug te komen, speciale gevallen zoals Danny Hesp en Marcel Peeper uitgezonderd. Maar een kruisband zorgt voor de stabiliteit en een voetballer is daar enorm afhankelijk van.

‘In het begin was het heel zwaar en heel moeilijk. Ik zag alles aan mijn neus voorbij gaan. Vrij veel clubs hadden belangstelling voor me, maar dat was ook in één keer afgelopen. Clubs hebben geen interesse in een speler die in een ziekenhuisbed ligt met een zware kruisband-blessure.

‘Ik maak nu de keerzijde van het Bosman-arrest mee. Spelers zijn vrij om te gaan en staan als hun contract afloopt, maar clubs hebben nu ook het recht om spelers weg te sturen. Heel weinig spelers realiseren zich dat het ook zo kan gaan. Ik gun het niemand. Ik ben plotseling een speler zonder waarde geworden.

‘Ik voel me eenzaam. Vooral in het begin, toen ik besefte wat me allemaal te wachten stond. Zes maanden uit de roulatie, dat was het vooruitzicht, en horen dat de band weer moet aangroeien. Dat de kans groot is dat het goed gaat, maar dat er ook een kans is dat het niet aangroeit. Dat is moeilijk te vatten.’

PSV bood Vink geen nieuw contract aan: ‘Te riskant.’ Hij revalideert op kosten van PSV en mag gebruik maken van de faciliteiten. Hij stelt het gebaar op prijs. De club liet bij monde van voorzitter Van Raaij weten dat PSV hem niet uit het oog zal verliezen. ‘Als ik weer fit ben, praten we verder.’

Lang werd Vink vorig seizoen in Eindhoven in het ongewisse gelaten. Waar met andere spelers al halverwege het seizoen werd gepraat over contractverlenging, liet PSV hem links liggen. Dat stak hem, maar een grote verrassing was het niet.

‘De rode draad in mijn loopbaan bestaat uit blessures. Maar ik kan zoveel. Mijn niveau is het Nederlands elftal. Met mijn kwaliteiten had ik veel verder moeten zijn dan nu het geval is. Het seizoen bij Genua is daar enigszins debet aan: ik heb een jaar verspeeld. We voeren daar niks uit en de trainingen waren lachwekkend.

‘Toen ik bij PSV kwam, was ik bijna te vergelijken met een speler die een jaar geblesseerd is geweest. Ik had daarna maandenlang overal pijntjes. Mijn lichaam was niet meer gewend aan topvoetbal.’

Hoe schril was het contrast met de jonge atleet die in 1990 bij Ajax in het centrum van de verdediging aan Jan Wouters werd gekoppeld en frank en vrij speelde, alsof alles vanzelfsprekend was.

Een jaar later werd het beeld van de talentvolle, zelfverzekerde Amsterdammer voor de eerste maal bekrast. De nieuwe trainer, Van Gaal, liet weten dat hij als verdediger niet voldeed en alleen als rechtermiddenvelder geschikt was.

‘Ik gaf toen een interview aan Nieuwe Revu waar Van Gaal superkwaad over was. Ik vond en vind dat ik niks verkeerd zei. Maar volgens Van Gaal had ik dat niet mogen doen. Terwijl het alleen maar over mijn positie ging.

‘Het tweede dieptepunt was de eerste aanbieding die ik van Ajax kreeg, in 1991. Ik had goed gespeeld en een aantal spelers ging weg. Dan verwacht je dat ze er alles aan doen om de anderen voor de club te behouden. De aanbieding die Ajax deed, was schandalig. Daar knapte ik zó op af, ik was enorm kwaad. Er sprak geen enkele waardering uit. Dat was de reden dat ik wegging, naar Genua.’

Maar niets is te vergelijken met wat hij het diepste dieptepunt noemt. ‘Ik probeer mijn grens steeds een beetje te verleggen, steeds een stapje dichter bij de totale fitheid te komen. Ik moet oppassen dat ik niet teveel denk aan wat geweest is, aan vroeger, aan Ajax of de goede tijden bij PSV, want die heb ik ook gehad. Die neiging heb ik.

‘Een paar weken geleden hoopte ik heel sterk dat ik die drie jaar bij PSV nog eens over mocht doen. En dat ik dan zou weten wat ik nu weet. Dat je rustig de tijd moet nemen bij blessures en je door niemand moet laten opjagen. Dat had me driekwart van de blessures gescheeld. Het had allemaal niet gehoeven. Maar ja, het gaat om veel geld en de belangen zijn groot. Dan doe je dat.

‘Een paar clubs hebben geïnformeerd naar de stand van zaken. Ik hou de boot af. Ik wil in alle rust aan mijn herstel werken en geen andere dingen aan mijn hoofd hebben. Ik ben er gewoon nog niet aan toe. En in allerlei ingewikkelde constructies heb ik geen zin, zo van: mocht ik fit worden, dan . . . Nee zeg. Dan ben ik liever vrij man.’

Deel dit artikel

Meer nieuws

nederland
PSV verdediger Dest komende 9 maanden uitgeschakeld
engeland
Timber maakt rentree bij beloften Arsenal en scoort wonderschoon
afbeelding onderzoek Nicky van Melick Cyclops
Blog #9: Keuze van pees voor nieuwe kruisband van invloed op de kans op een cyclops