Blog #2: Spierkracht na een VKB reconstructie
Om succesvol én zo veilig mogelijk terug te keren naar de sport na een VKB reconstructie, is voldoende spierkracht erg belangrijk. De belangrijkste spiergroepen voor een goede kniefunctie zijn de quadriceps en de hamstrings. Wanneer er sprake is een verminderde quadriceps kracht, heb je meer kans op het oplopen van een nieuwe VKB blessure. Ook heb je met een verminderde quadriceps kracht meer kans op knieartrose op latere leeftijd. Voor een succesvolle terugkeer naar de sport is quadriceps kracht ook belangrijk: uit onderzoek blijkt namelijk dat meer quadriceps kracht de kans op een succesvolle terugkeer naar de sport verhoogd. Naast het belang van quadriceps kracht wordt verminderde hamstring kracht gezien als een component die een rol speelt in het ontstaan van een VKB blessure, vooral bij vrouwen. Het is daarom van belang om deze spiergroepen zo goed mogelijk te trainen voordat je terugkeert naar de sport. Maar hoe testen we of je over voldoende spierkracht bezit? En hoe trainen we deze spiergroepen het beste? Een mogelijke werkwijze vind je in de figuur hieronder.
1. Testen
De meest betrouwbare manier om spierkracht van je quadriceps en hamstrings te meten, is door gebruik te maken van een isokinetische dynamometer (bijvoorbeeld een Biodex of Cybex). Het voordeel hiervan is dat je op verschillende snelheden kan meten, waardoor je verschillende aspecten als maximale kracht, snelkracht en explosiviteit in kaart kan brengen zowel voor de quadriceps als hamstrings. Een alternatief is het gebruik van een handheld dynamometer. Dit is helaas minder betrouwbaar dan een isokinetische dynamometer, maar kan wel een indicatie geven. Na je test worden de resultaten geanalyseerd.
De eerste test wordt gemiddeld zo tussen de 3-4 maanden na je operatie gepland, afhankelijk van de reactie in je knie (zwelling, pijn, range of motion).

2. Analyseren
Voor het analyseren van je resultaten van je krachttest is een belangrijke vraag: wanneer is je spierkracht goed genoeg? Dit is een complexe vraag, maar er zijn een aantal criteria die worden geadviseerd vanuit de literatuur die je hiervoor kunt gebruiken. Allereerst wordt er vaak gebruik gemaakt van een zogenaamde Limb Symmetry Index (LSI). Dit betekent dat de kracht in je aangedane been wordt vergeleken met je niet-aangedane been, uitgedrukt in een percentage. Veelal wordt er een criteria van >90% gebruikt voor LSI wat betekent dat de kracht in het aangedane been minimaal 90% moet zijn van de kracht in het niet-aangedane been. Het gevaar bij deze criteria is dat je het niet-aangedane been als referentie gebruikt, terwijl dit been ook een langere periode niet heeft kunnen trainen vanwege de blessure en operatie. Een hoge LSI kan dus een vertekend beeld geven!
Een ander veelgebruikt criteria is kracht genormaliseerd naar lichaamsgewicht. Vaak wordt hierin een criteria van >3.0 Nm/kg gebruikt voor quadriceps kracht. Ook is hierin de ratio tussen de quadriceps en hamstrings van belang. De tabel hiernaast/hieronder geeft daar normwaarden voor (snelheid 60°/sec).
Naast deze criteria zijn er nog alternatieven zoals het gebruik van preoperatieve normwaarden of normwaarden van voor de blessure. Het advies is om verschillende criteria te analyseren, en je niet blind te staren op één onderdeel van je resultaten.
Norm 60°/sec | Quadriceps kracht | Hamstring kracht |
60-65 kg | 180-195 Nm | 110-119 Nm |
65-70 kg | 195-210 Nm | 119-128 Nm |
70-75 kg | 210-225 Nm | 128-137 Nm |
75-80 kg | 225-240 Nm | 137-146 Nm |
80-85 kg | 240-255 Nm | 146-156 Nm |
85-90 kg | 255-270 Nm | 156-165 Nm |
90-95 kg | 270-285 Nm | 165-174 Nm |
95-100 kg | 285-300 Nm | 174-183 Nm |
3. Aanpassen
Na de analyse van de eerste test, wordt idealiter je programma specifiek aangepast op basis van de resultaten. Bijvoorbeeld, wanneer uit de test blijkt dat de maximale kracht van de quadriceps nog niet optimaal is, zal binnen het trainingsprogramma daar meer aandacht aan moeten worden besteed.
Voor de kwaliteit van je trainingsprogramma zijn een aantal zaken erg belangrijk:
- Bouw de krachttraining zorgvuldig op van quadriceps activatie oefeningen, naar kracht-uithoudingsvermogen training, naar maximale kracht training en explosiviteit training.
- Zorg voor veel variatie binnen het programma. Doe dus niet steeds dezelfde oefeningen maar varieer hierin.
- Zorg voor een goede opbouw van trainingsintensiteit. Probeer steeds je grens te verleggen door bijvoorbeeld zwaarder te trainen of meer herhalingen toe te voegen.
- Maak gebruik van zowel open keten als gesloten keten krachtoefeningen. Een combinatie van deze type oefeningen blijkt erg belangrijk. Zie voorbeelden hieronder.
Voor het verzwaren van je oefeningen is het uiteraard wel van belang dat de knie geen reactie geeft in de vorm van pijn, zwelling en/of stijfheid.
4. Hertesten
Geadviseerd wordt om elke 8 weken te hertesten om de progressie in kaart te brengen. Hierna zullen de resultaten opnieuw worden geanalyseerd (zie punt 2) en zal het programma wederom aangepast worden op basis van de resultaten. Op deze manier wordt de progressie die je maakt gemonitord gedurende je revalidatie. Ook zal hierna geanalyseerd worden of criteria nu wel worden behaald.
Voor het verzwaren van je oefeningen is het uiteraard wel van belang dat de knie geen reactie geeft in de vorm van pijn, zwelling en/of stijfheid.
5. Sport-specifieke training
Wanneer de criteria behaald zijn, ben je op basis van spierkracht klaar voor de volgende fase in je revalidatie: starten met sport-specifieke training.


Wouter Welling
Mijn naam is Wouter Welling en ik ben werkzaam als bewegingswetenschapper bij MCZ in Groningen; een praktijk die de medische begeleiding verzorgt voor alle topsport in Noord-Nederland . Tot mijn takenpakket behoren onder andere het ontwikkelen van objectieve testbatterijen, het afnemen van blessure preventie metingen en het monitoren van de training load.
Na het afronden van mijn master Bewegingswetenschappen ben ik doorgegaan met promotieonderzoek naar voorste kruisband (VKB) blessures aan de Rijksuniversiteit Groningen. Het promotieonderzoek waar wij nu aan werken richt zich op ‘Return to sport decisions’ na een VKB reconstructie. Hierbij proberen we praktische en relatief makkelijk uitvoerbare meetmethoden te combineren, die voor elke therapeut uit te voeren zijn en die ondersteunend zijn in de ‘Return to sport decisions’.
